Responsive image

Artikel 18 Bevoegdheden van de toezichthoudende autoriteiten

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 18 Bevoegdheden van de toezichthoudende autoriteiten

1. De lidstaten zorgen ervoor dat de toezichthoudende autoriteiten over passende bevoegdheden en middelen beschikken om de hen krachtens deze richtlijn toevertrouwde taken uit te voeren, met inbegrip van de bevoegdheid om informatie op te vragen en onderzoeken te verrichten met betrekking tot de naleving van de in deze richtlijn omschreven verplichtingen.

2. Een toezichthoudende autoriteit kan uit eigen beweging of naar aanleiding van gemotiveerde bezwaren die haar overeenkomstig artikel 19 worden meegedeeld, een onderzoek openen wanneer zij van oordeel is dat zij over voldoende informatie beschikt die wijst op een mogelijke inbreuk door een onderneming op de verplichtingen die in de overeenkomstig deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen zijn vervat.

3. Inspecties worden uitgevoerd met inachtneming van het nationale recht van de lidstaat waar zij plaatsvinden en worden vooraf aan de onderneming meegedeeld, tenzij voorafgaande kennisgeving de doeltreffendheid van de inspectie belemmert. Wanneer een toezichthoudende autoriteit in het kader van haar onderzoek een inspectie wenst uit te voeren op het grondgebied van een andere dan haar eigen lidstaat, vraagt zij overeenkomstig artikel 21, lid 2, om bijstand van de toezichthoudende autoriteit in die lidstaat.

4. Indien een toezichthoudende autoriteit bij de overeenkomstig de leden 1 en 2 genomen maatregelen vaststelt dat de uit hoofde van deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen niet worden nageleefd, geeft zij de betrokken onderneming een passende termijn om corrigerende maatregelen te nemen, indien dergelijke maatregelen mogelijk zijn.

Het nemen van corrigerende maatregelen sluit het opleggen van administratieve sancties of het doen ontstaan van wettelijke aansprakelijkheid in geval van schade, overeenkomstig respectievelijk de artikelen 20 en 22, niet uit.

5. Bij de uitvoering van hun taken beschikken de toezichthoudende autoriteiten ten minste over de bevoegdheid:

a) te gelasten dat overtredingen van de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen worden beëindigd, dat de betrokken gedraging niet wordt herhaald en, in voorkomend geval, dat herstelmaatregelen worden getroffen die in verhouding staan tot de overtreding en noodzakelijk zijn om hieraan een einde te maken;

b) geldboeten op te leggen overeenkomstig artikel 20;

c) tussentijdse maatregelen vast te stellen om het risico van ernstige en onherstelbare schade te voorkomen.

6. Wanneer het rechtsstelsel van de lidstaat niet voorziet in administratieve sancties, kunnen dit artikel en artikel 20 aldus worden toegepast dat de sanctie wordt ingeleid door de bevoegde toezichthoudende autoriteit en opgelegd door de bevoegde nationale rechterlijke instanties, waarbij wordt gewaarborgd dat deze rechtsmiddelen doeltreffend zijn en hetzelfde effect hebben als de door toezichthoudende autoriteiten opgelegde administratieve sancties.

7. De lidstaten zorgen ervoor dat elke natuurlijke of rechtspersoon het recht heeft om een doeltreffende voorziening in rechte in te stellen tegen een hem betreffend juridisch bindend besluit van een toezichthoudende autoriteit.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.